groenten en vlees met op de achtergrond een gewicht

Voedingsadvies

Wie een marathon gaat lopen, moet op zijn voeding gaan letten. Althans, dat zeggen ‘ze’. Ik vind het maar marath-onzin, maar elke reden om te eten is er een! Daarom besloot ik om ook op mijn voeding te gaan letten voor de Zevenheuvelenloop in Nijmegen (dat is 15 kilometer berg op, berg af – dat verklaart het dorp ‘Berg en Dal’ waar je langs komt) .

Voor mij betekent ‘op mijn voeding letten’ vooral opletten dát ik (veul!) eet, en minder wát ik eet. Veel, behalve vlees. Dus heb ik de dag voor de wedstrijd vooral zoute pinda’s uit Argentinië, Japanse rijstzoutjes, Franse kaasjes en 3 borden Hawaïaanse poké bowl gebunkerd. Ja, ik ben meer van de internationale keuken en het is gelukkig geen Indisch. Daarvan ga je ook hard van lopen, maar vooral naar het toilet.

Op de ochtend van de wedstrijd in de trein heb ik 4 volkorenboterhammen met vegetarische paté (dat blijkt gewoon ingedikte groentepuree) en vegetarische kipsaté-salade (op basis van E-nummers) op. Naast mijn gewone ontbijt ja, want ik heb ergens gelezen dat je moet stapelen. Wat je moet stapelen? Geen idee… Calorieën, vetten, koolhydraten, suiker, eiwitten? Ik eet veiligheidshalve gewoon alles, dan zit je sowieso veilig.

Op weg naar het parcours werden blikjes John West tonijn op (sterk?) water uitgedeeld. Blijkbaar zijn blikjes tonijn krachtvoer voor topsporters, want waarom delen ze die anders uit bij een sportevenement? Ik heb vier blikjes ingeslagen (ook dat is bunkeren). Je weet maar nooit of je halverwege de race hongerklop krijgt en dan kun je in ieder geval je blikje tonijn eten. Al heb ik het gevoel dat tonijn tijdens het rennen als voedingsadvies vooral voedingsad-vies is.

Mijn ontbijt en tweede ontbijt vielen uiteindelijk als een blok in mijn maag, maar alles beter dan een blok aan je been tijdens het rennen. Het nadeel van dat vezelrijke voer is wel de stoelgang. En probeer dan in het startvak maar eens een Dixie te vinden waar nog wél toiletpapier te vinden is. Onmogelijk. Blijkbaar hebben meer mensen verkeerd gegeten – of het is gewoon angstpoep. Schijterds zijn het, die hardlopers.

Afijn, het verklaart wel dat mijn hardloopmaat vezelarme pannenkoek at. Kennelijk heeft hij zich wel serieus verdiept in het voedingsadvies voor hardlopers. Daarom kreeg ik van hem ook een sportdrankje voor onderweg met een nogal exotische naam: SiS Go Isotonic Energy Gel. Het ‘drankje’ bleek een koolhydraatrijke, onbestemde substantie. Astronautenvoer is er niks bij. Maar alles voor de wetenschap, dus ik dronk (at?) het op.

Al dat bunkeren en stapelen heeft mij wel een toptijd opgeleverd. Waarmee met gepaste trots het bewijs is geleverd dat het niet uitmaakt wát je eet, maar vooral dát je eet. Maar met van tevoren op je eten letten ben je er nog niet. Je lichaam moet natuurlijk ook herstellen na een zware, fysieke inspanning.

Daarom besloten we op de terugweg in de trein de uitgedeelde blikjes John West tonijn open te trekken. Handig, want daarmee konden we de geur verbergen van natte voeten, opgedroogd zweet en mensen die niet tijdig een Dixie met toiletpapier konden vinden. Ik wel trouwens.

Volgens mijn app heb ik uiteindelijk 1.272 calorieën verbrand tijdens het hardlopen. Ik denk dat ik minstens het dubbele heb gebunkerd en gestapeld. Maar hé, ik heb wél op mijn voeding gelet! En het voelt wel goed: sporten zodat je extra veel mag (nee, móét) eten.

2 gedachten over “Voedingsadvies”

Laat de Zondagsman wat weten!